Meendijk en Zomerdijk

Ik liep gisteren de Zomerdijk. Meendijk en Zomerdijk samen waren mijn eerste wandeling, mooi dat het ook de laatste is. Want het wandelen in Eemland is ‘af – voor zover iets ooit af is – en ik ga mijn focus verleggen naar een tweede onderzoeksgebied: het lange NulNAP pad dat van onder Breda tot aan Bad Nieuweschans dwars door Nederland loopt.

Ik ga Eemland nog wel een keer doorkruisen, want het ligt op dat NulNAP pad. En ik kom nog regelmatig in Eemland terug in verband met een handvol solo-tentoonstellingen die daar staan gepland Nice – ik hoef niet geheel en al afscheid te nemen.

De persona die bij deze wandeling hoort is Alexander von Humboldt, eenPruisische natuurvorser en ontdekkingsreiziger. Daniel Kehlmann, in zijn boek ‘Het Meten van de Wereld’, beschrijft von Humboldts’ passie voor het doen van metingen. Ik kan me daar zeer goed in verplaatsen .. niet gemeten is niet geweten.

Blz 37 Hij begon zich te verbazen. Of het wel nodig was, vroeg hij, ze waren tenslotte op doorreis, ze wilden toch alleen maar naar Madrid en waren er veel sneller wanneer ze er gewoon heen reden, allemachtig. Humboldt dacht na. Nee, zei hij toen, het speet hem. Een heuvel waarvan je niet wist hoe hoog hij was, vormde een belediging voor het verstand en maakte hem onrustig. Als een mens niet constant zijn positie bepaalde, zon hij zich niet voortbewegen. Een raadsel, hoe klein ook, liet je niet aan de kant van de weg staan.

Getallen als houvast, als basis, en als een manier om met mensen kennis te maken. Humboldt komt ergens in Latijns Amerika, na zó lang geen Duits te hebben gesproken dat hij het met moeite weer boven krijgt, een landgenoot. En waar vraagt hij naar? Juist, ja, de vital statistics van ’s mans geboortestad:

Blz 125 Haperend, zijn moedertaal ontwend, vroeg Humboldt naar Brombachers geboortestad, de hoogte van de kerktoren, het aantal inwoners. Brombacher antwoordde rustig en hoffelijk: Bad Kürthing, vierenvijftig voet, achthonderdtweeëndertig zielen.

Kehlmann, D, 2006, Het Meten van de Wereld (org: Die Vermessung der Welt), Querido Uitgeverij, Amsterdam

Ok, welke meetbare dingen nam ik mee naar huis? In elk geval dat mijn goede voornemen is gerealiseerd: ik wilde alle oriëntatiepunten aan de horizon (kerktorens, zendmasten, flats) kunnen benoemen. En dat lukt nu dus. Verder kwam ik twaalf zwanen tegen, waarvan één dode, twee wandelaars zag ik twee keer, ik schrikte vijf hazen op, liep zestien-komma-twee kilometer, maakte vier foto’s, er reed zes keer een auto in de verte voorbij. Aan de horizon waren vijf kerktorens te zien, één zendmast, één flat. Ik vergat het aantal overvliegende ganzen te tellen, en ook die andere vogels die zwermden waren behoorlijk ontelbaar. In mijn von Humboldt persona vond ik dat behoorlijk irritant.

Hier onder mijn geo-gedicht-zomerdijk-wandeling, van die eerste keer dus.