Patronen

Mijn wandelingen, fietstochten en autotochten in Eemland leidden tot het herkennen van een aantal patronen, waarvan ik hier kort verslag doe. Ik laat ze vergezeld gaan van een aantal infographics die uit mijn deskresearch zijn ontstaan. De patronen zijn inspiratie geworden voor beeldend werk.

Vol en Leeg: Stratenpatroon (Google Streetview)

Een van de eerste patronen die me opviel was het scherpe contrast tussen ‘vol’ en ‘leeg’ in Eemland. In Nederland is er meestal een overgangsgebied tussen stad en platteland – een stadsrandzone – maar in Eemland ontbreekt dit bijna geheel. Er blijkt een grote druk te staan op ‘leeg’. Wat niet vreemd is als je bedenkt dat Eemland een soort lege oksel van de Randstad is. Dit patroon komt terug in ‘Compact

Stad rukt op: Landgoederen (donkerblauw), villa’s (lichtblauw), woonboerderijen (oranje) nieuwe boerderijen (groen)

Dan is er het patroon dat ik ‘de stad rukt op naar het platteland’ ben gaan noemen. Al sinds de 17e eeuw komen (rijke) stedelingen richting Eemland om er te wonen ‘in het groen’. Eerst kwamen ze met de trekschuit naar hun landgoed, daarna met trein en tram naar hun villa. Automobiliteit maakte het fenomeen ‘woonboerderij’ populair vanaf ongeveer 1960, waardoor geen enkele boerderij die in een ruilverkaveling haar functie verloor leeg is blijven staan of is afgebroken. Integendeel, het zijn zeer gewilde woonobjecten geworden. De werkende boerderijen zijn rond 1990 verplaatst naar de Eemnesser polder – wat je als een vorm van verder terugtrekken of concentreren van het platteland kunt zien. Dit patroon komt terug in ‘Transformatie’ en ‘Getijdenboek‘.

Betwist: Wonen, werken, uitbreidingsplannen

Vredig, maar betwist. Het Eemland is op dit moment zowel vredig als betwist. Op het eerste gezicht is het een lieflijk open landschap, met daarboven de beroemde Hollandse wolkenluchten. Maar onder de oppervlakte sluimert conflict. Heel duidelijk wordt dit als we kijken naar de boerenprotesten tegen het stikstofbeleid. Een ander conflict is de strijd om het bouwen van nóg meer bedrijfsgebouwen en woningen. Zie bijvoorbeeld de discussie over de ‘wespentaille’, daar waar het industrieterrein van Bunschoten/Spakenburg de uitbreidingswijken van Amersfoort al bijna raakt. Verdere uitbreiding van de bebouwing zal het open gebied effectief in tweeën splitsen. Dit patroon komt terug in ‘Transformatie‘.

Dijkringen

Bescherming steeds verder weg. Eemland heeft bescherming nodig tegen zee- en rivierwater. Het gebied is eeuwenlang het toneel geweest van overstromingen en dijkdoorbraken, vaak met verwoestende gevolgen. Aan die dijkdoorbraken kwam een einde met de aanleg van de Afsluitdijk, die Eemland al meer dan een eeuw succesvol verdedigd heeft tegen het water van zee. De Grebbedijk tussen Rhenen en Wageningen biedt bescherming tegen overstroming vanuit de rivieren. Beide dijken worden op dit moment onder handen genomen en versterkt. Maar klimaatwetenschappers schetsen scenario’s waarin verdergaande – en verder van het Eemland liggende – maatregelen nodig zullen zijn.. Dit patroon wordt meegenomen in ‘Lezen met de voeten’ en ‘Getijdenboek‘.

Alles een nieuwe bestemming: Monumenten

Het patroon van de neiging om álles een nieuwe bestemming te geven. Alles wordt namelijk hergebruikt in Eemland, ik geef hier een aantal voorbeelden: De stenen van Huis ter Eem, dat na 1650 in verval raakte en dat in 1706 werd gesloopt, zullen in die tijd gebruikt zijn voor huizenbouw en voor de aanleg van straten; De grond die vrijkwam bij het verlagen van de Wakkerendijk is gebruikt om de ruilverkavelingswegen mee op te hogen; de Zomerdijk werd natuurgebied; De machinistenwoning van Gemaal Eemnes werd – na elektrificatie van het gemaal – kantoor van Natuurmonumenten; De boerderijgebouwen die vrijkwamen bij de diverse ruilverkavelingen werden woonboerderijen; De twee stoomgemalen werden museum; De haven van Bunschoten werd museumhaven. Dit patroon komt terug in ‘Transformatie‘.

Hooifabriek: contouren

En dan, de productie van gras en hooi. Het wordt me steeds duidelijker dat het Eemland eigenlijk een hooifabriek is – een voedsel producerende machine die zonlicht omzet in calorieën. De fabriek is gestart rond de 12e eeuw en draait nog steeds op volle toeren. Je zou het patroon dat hierbij hoort ‘voortdurende optimalisatie’ kunnen noemen. Dit gaat niet alleen op voor het hooi. Ook de grondwaterstand wordt minutieus beheerd bijvoorbeeld het aantal succesvol uitgebroede gruttokuikens en het aantal boten dat over een dijk kan worden gezet wordt steeds verder geoptimaliseerd. Het bijzondere vind ik dat ook dit patroon – net als ‘de stad rukt op naar het platteland’ en ‘álles een nieuwe bestemming geven’ –  terug te traceren is naar de zeventiende eeuw. Dit patroon wordt meegenomen in ‘Getijdenboek‘ en Hooifabriek

Grootgrondbezit: Natuurgebieden

Een (voor nu) laatste patroon: grootgrondbezit komt terug. Vanaf de 12e eeuw hadden een aantal Duitse kloosters veel grond in bezit in Eemland. Na Napoleon werd het grondbezit van de kloosters verkocht64, en was er geen sprake meer van grootgrondbezit in het Eemland.Tot in de 20e eeuw nieuwe grootgrondbezitters opkwamen: Natuurmonumenten en Staatsbosbeheer hebben veel bezit. Er zijn parallellen tussen de grootgrondbezitters van toen en de grootgrondbezitters van nu.