afgrond - abisgronde, afgrond - draaikolk, verslinder

afleidingskanaal - afleidingskanaal, afvoerkanaal, afwateringskanaal - kanaal waardoor overtollig water wordt afgevoerd

afsplitsing - afsplitsing, aftakking, splitsing, spruit - deel van een rivier dat zijn water uit de hoofdrivier ontvangt

aftakking - afsplitsing, aftakking, splitsing, spruit - deel van een rivier dat zijn water uit de hoofdrivier ontvangt

aftrek - aftrek, bijstroom, monding, ontlasting - plaats waar een sloot of wetering in een rivier komt

afvoergeul - afvoergeul, afvoerkanaal - lange en smalle afvoer voor water

afvoerkanaal - afleidingskanaal, afvoerkanaal, afwateringskanaal - kanaal waardoor overtollig water wordt afgevoerd

afvoerkanaal - afvoergeul, afvoerkanaal - lange en smalle afvoer voor water

afvoersloot - afvoersloot, zeeg - sloot waardoor overtollig water wordt afgevoerd

afwateringsgebied - afwateringsgebied, stroomgebied, traverse - gebied dat op een waterloop afwatert

afwateringsgoot - goot waardoor overtollig water wordt afgevoerd

afwateringskanaal - afleidingskanaal, afvoerkanaal, afwateringskanaal - kanaal waardoor overtollig water wordt afgevoerd

afwateringspatroon - netwerk van watergangen dat zorgt voor de oppervlakte-afstroming van een gebied

afwateringssloot - afwateringssloot, rei, riet - sloot waarlangs water afgevoerd wordt

amfidroompunt - knoop- of draaipunt in getijdelijnen, punt zonder eb en vloed

amne - amne, flume, fluvie, rivier, stroom - natuurlijke waterstroom die uitmondt in zee