Polderfluistering

Vandaag kwam een bestuurslid van de Stichting Noordzeedijk op bezoek in de Hoogwaterwinkel. Ze bekeek het werk aandachtig, maar haar aandacht bleef hangen bij één fles: een van de Polderfluisteringen. In deze flessen zit geen wijn, geen parfum, geen olie — maar landschap. Geluidsfragmenten, beelden, taal en tijdslagen, geconserveerd als speculatief erfgoed.
Ze koos, luisterde, en kocht er één. Geen groot gebaar, maar een stille daad van betrokkenheid. Want wie een Polderfluistering koopt, koopt geen object, maar een verbinding. Met het land dat spreekt in dialect, in dijknamen, in verdronken woorden: stortbeek, dobbe, achterwater, stinkslot.
Als bestuurslid van de Stichting Noordzeedijk — die via kunst en fictie aandacht vraagt voor zeespiegelstijging en waterbewustzijn — begrijpt ze als geen ander dat dit werk niet gaat over het verleden, maar over de toekomst. Een toekomst waarin we misschien weer moeten leren luisteren naar de grond onder ons. Naar wat water doet, wat het eist, wat het achterlaat.
De fles ging met haar mee, in stilte. Maar wie goed luistert, hoort hem spreken.