Wakker maken

Een hoogwaterwinkel wakker maken is geen handeling, het is een ritueel. Het is een fluistering in de poriën van een stad die nog slaapt.

Ik kom aan op de fiets, door de stille straten van Rotterdam. Alles zwijgt, behalve het asfalt onder mijn banden. De winkel wacht – als een amfibie in rust, warm van de dag ervoor. Ik open de deur. De lucht is dik van gister, opgewarmd door verhalen. Dus open ik de tweede deur, zodat koelte naar binnen kan sluipen.

Eerst het koffiezetapparaat – cafeïne als systeemstarter, als olie voor de tandwielen van het performatieve. Dan de beamer die een rivier van woorden projecteert. Daarna de speakers, die geen muziek brengen maar de riviergeluiden die ik zo geduldig heb verzameld.

Op mijn laptop start ik het geluid van een gemaalpomp – een diepe hartklop van een landschap dat weigert te verdrinken. Het is een eerbetoon aan de machines die dag en nacht werken voor onze droge voeten.

En dan, als laatste: de eenden. Badeendjes, absurd en precies. AI-dobberaars, zachtgele algoritmen die door de Rotterdamse straten zweven. Ontregeling in plastic.

Zo ontwaakt de hoogwaterwinkel: als een echo van de toekomst en een residu van het verleden. Een ruimte tussen dijken, waar de zee een performance is, en ik hoogwaterwinkelier.