Huisgenoot

Wat een beeld. Een interieur dat zich heeft overgegeven aan het water, zonder schreeuw, zonder protest. Een kamer als theaterdecor: de houten tafel en stoelen netjes op een opblaasboot met de naam Buster — alsof het drijven een keuze was, een esthetisch besluit. Alles is ordentelijk: de hanglamp boven het water, de ingeklapte parasol in de hoek, de verrekijker klaar voor gebruik. En buiten: eindeloos water. De zee is niet meer buiten de deur gebleven. Ze ís de deur geworden.

Dit is geen paniekbeeld, geen stormscène. Dit is het water als logé. Als huisgenoot. Een onderdompeling in gewenning.

Je kunt hier nog dineren. Je kunt vergaderen over adaptatiebeleid terwijl het water je enkels likt. Je kunt praten over woningwaardering, terwijl het huis zijn fundamenten verliest. Hier wordt niet meer ontkend, hier wordt ingericht.

En misschien is dat nog het meest ontwrichtende van alles.