Eemland Nationaal Landschap
Eemland/Arkemheen is een National Landschap – kennelijk een tijger zonder tanden. Nog uitzoeken wat deze status eigenlijk betekent.
https://www.clo.nl/indicatoren/nl148501-arkemheen-eemland
https://www.planviewer.nl/imro/files/NL.IMRO.0267.BP0002-0005/t_NL.IMRO.0267.BP0002-0005_4.5.html
- DE WAARDE VAN OPENHEID
Arkemheen-Eemland is vooral als Nationaal Landschap aangewezen vanwege
zijn openheid. Andere kernkwaliteiten, zoals de verkavelingspatronen en de
cultuurhistorische elementen, zijn minder éénduidig dan het open karakter. In het
landschapsonderzoek en het landschapsbeleid wordt ‘landschappelijke openheid’ als een
waarde op zichzelf beschouwd die los staat van andere landschappelijke kenmerken. In
veel ruimtelijke beleidsstukken wordt welhaast automatisch een pleidooi voor ‘behoud
dan wel versterking’ van de openheid van het landschap gehouden. Hoe belangrijk is dit
soort openheid eigenlijk?
Om te beginnen: anders dan onder beleidsmakers en wetenschappers leeft het begrip
‘open landschap’ niet erg sterk onder de bevolking. Omgevingspsychologische studies en
enquêtes onder recreanten laten steevast zien dat het publiek zich wel bewust is van
die grote open ruimten, maar er weinig affiniteit mee heeft en er al helemaal weinig
mee weet te doen. Open ruimten worden vooral ervaren als gebieden waar je altijd de
wind tegen hebt bij het fietsen. Opvallend was ook de uitkomst van een internetenquête
onder geïnteresseerden in landschapsbeleid, georganiseerd door de rijksoverheid om
steun te vinden voor het aanwijzen van ‘nationale snelwegpanorama’s’. De weidse open
panorama’s (waar overigens één van de negen in Eemland langs de A1 ligt) kwamen
er redelijk vanaf, maar stukken snelweg door bossen en coulissenlandschappen (die in
feite helemaal geen panorama’s waren volgens de gehanteerde definitie) deden het
minstens zo goed, terwijl het uitzicht op Rotterdam vanaf de Brienenoordbrug in de A16
als absolute topper uit de bus kwam. Men zou zich kunnen afvragen wie er, buiten een
kleine elite, nu eigenlijk een plezier wordt gedaan met het openhouden van die ‘groene
vlakten’ van Nederland.
Daar staat wel wat tegenover. In de eerste plaats is het voor het beleid al te
gemakkelijk om onder alle omstandigheden aan een (vaak weinig uitgesproken) smaak
van het publiek tegemoet te komen. Het nastreven van een ‘u vraagt, wij draaien’
landschap zou leiden tot het creëren van één doorgaand halfopen parklandschap
met coulissen en verspreide bospercelen. Een dergelijk beleid zou desastreus zijn
voor de diversiteit van de Nederlandse landschappen. Een andere, niet onbelangrijke
overweging is gebaseerd op de intrinsieke kwetsbaarheid van een open landschap.
Aantasting van openheid is een onomkeerbaar proces: waar een open landschap wordt
verdicht (door verstedelijking, aanleg van infrastructuur, grootschalige agrarische
ontwikkelingen, aanplant ten behoeve van recreatie, bosbouw of natuurbouw) komt
de openheid niet meer terug. Tussen 1990 en 2000 verdween 31.000 hectare ‘zeer
open gebied’ door uitbreidende bebouwing. Dit komt neer op een gemiddeld landelijke
afname van 3,5%. In West-Nederland bedroeg de afname zelfs het dubbele3
. De huidige
ontwikkelingen zijn niet bepaald gunstig voor het behoud van open landschappen. Alleen
al daarom is het bewaren van het open karakter van een gebied als Arkemheen-Eemland
van betekenis. - uit: Natuur- en Milieuplanbureau, Natuurbalans 2004, blzn 4