Reflectie op ‘de hooifabriek’

“De Hooifabriek” beziet Eemland als een landschap dat gevormd is door zowel natuurlijke krachten als menselijke inspanningen, vooral op het gebied van landbouw. Het concept van de “hooifabriek” symboliseert Eemland als een productieve en dynamische entiteit, waar gras en hooi worden omgezet in levensonderhoud voor de regio en de wereld.

Achtergrond

Historisch gezien is Eemland ontstaan na de overstromingen van de 12e eeuw, waarna mensen het land ontgonnen en drooglegden, wat leidde tot vruchtbare weilanden die belangrijk werden voor hooi- en veeteelt. Hoewel technologische vooruitgang het werk heeft getransformeerd, blijft de essentie van het landschap gericht op voedselproductie. Echter, moderne intensieve landbouwmethoden hebben negatieve effecten op het milieu, zoals uitputting van de bodem en verlies van biodiversiteit.

Eemland staat nu voor de uitdaging om een balans te vinden tussen productiviteit en duurzaamheid. De boeren die het land bewerken, beseffen dat toekomstig succes afhangt van het behoud van natuurlijke hulpbronnen. Samenwerking tussen mens en natuur is noodzakelijk om dit landschap en zijn productiecapaciteit in stand te houden, terwijl er gezocht wordt naar innovatieve en duurzame landbouwmethoden.

Maakbaarheid

In mijn onderzoeksvoorstel staat de maakbaarheidsgedachte centraal, het idee dat de Nederlandse ruimte eindeloos gemanipuleerd en gecontroleerd kan worden voor menselijke doeleinden​. Hooifabriek verkent dit idee door het landschap van Eemland te benaderen als een productiemachine, een fabriek waarin gras en hooi worden geproduceerd als grondstof voor de voedselindustrie. Dit werk visualiseert de extreme mate van controle die de mens uitoefent op het landschap om productiedoelen te bereiken. In mijn onderzoeksvoorstel wordt de vraag gesteld waar maakbaarheid het zichtbaarst is en hoe deze zichtbaarheid door middel van artistieke ingrepen naar voren kan worden gebracht​.

In Hooifabriek wordt het landschap herleid tot een functionele ruimte waarin alle natuurlijke processen – van grasgroei tot waterbeheer – gericht zijn op maximale efficiëntie. Het werk roept daarmee de vraag op of deze strikte controle over het landschap inderdaad noodzakelijk is, of dat het een manifestatie is van de “obsessieve maakdrang” die zo diep geworteld is in de Nederlandse cultuur​.

Het kunstwerk Hooifabriek is een cruciaal onderdeel van mijn Artist’s PhD en past binnen het bredere kader van mijn onderzoek naar de maakbaarheid van het Nederlandse landschap. Dit werk biedt een artistieke reflectie op de relatie tussen mens, natuur en controle in een landschap dat door de mens is getransformeerd om optimaal te produceren. Vanuit zowel de context van mijn onderzoeksvoorstel als de filosofie van Michel Foucault kunnen we dit werk context geven.

Ruimte als Machtsinstrument

Vanuit Michel Foucault’s perspectief kan Hooifabriek worden begrepen als een visuele representatie van de manier waarop macht zich uitdrukt in de ruimte. Volgens Foucault is ruimte altijd doordrenkt van macht, omdat het door systemen van controle en discipline wordt georganiseerd om het gedrag van mensen te reguleren​. In Hooifabriek is het landschap van Eemland een voorbeeld van hoe macht werkt door middel van ruimtelijke organisatie. De rechte sloten, de vlakke weides en de ingeperkte waterwegen zijn allemaal manifestaties van de macht die de mens uitoefent over de natuur om het landschap te laten voldoen aan economische en agrarische doelen.

Het landschap wordt in dit werk dus niet alleen visueel vastgelegd, maar ook kritisch bevraagd als een gecontroleerde ruimte waarin elke natuurlijke beweging en elk element van het ecosysteem ondergeschikt is aan de productiedoelen die door de mens zijn vastgesteld. Deze vorm van controle sluit aan bij Foucault’s idee van biopolitiek, waarin de staat niet alleen het gedrag van individuen controleert, maar ook de natuurlijke processen die hun omgeving vormen​.

Maakproces

Het proces waaruit Hooifabriek ontstond begon met een diepgaande verkenning van het Eemlandse landschap, waarbij ik de relatie tussen landbouwproductie en de ruimtelijke inrichting van het gebied onderzocht. Ik ging Eemland steeds meer zien als een “fabriek” voor de productie van hooi, waarin de natuur volledig door mensenhanden wordt gecontroleerd en beheerd.

Het proces bestond uit meerdere stappen:

  1. Verzamelen van Grasmonsters: Ik heb tijdens mijn veldwerk grasmonsters verzameld uit verschillende delen van Eemland. Deze monsters vertegenwoordigen de variaties in grassoorten – uiteindelijk weinig variatie, dat wel. De monsters zijn door mij opgekweekt en uiteindelijk gedroogd, zowel het gras als de wortels.
  2. Documentatie : Fotografie speelde een belangrijke rol in het maakproces. Ik documenteerde de groei van de monsters en fotografeerde de bijzondere schoonheid van hun wortelstelsels.
  3. Historisch en Cultureel Onderzoek: Ik deed onderzoek naar de geschiedenis van agrarisch gebruik in Eemland, inclusief de eeuwenoude praktijk van het vetweiden van ossen. Deze historische context plaatste het huidige gebruik van het landschap in een bredere tijdlijn van menselijk ingrijpen en optimalisatie van de natuurlijke omgeving.
  4. Artistieke Interpretatie: Op basis van de grasmonsters, de tijdlijn, de teksten en foto’s creëerde ik installaties diehet landschap als productiemachine verbeelden. Dit is een artistieke vertaling van de mechanische en geplande aard van het landschap, waarin natuurlijke processen zijn geoptimaliseerd voor maximale productie.

Presentatie

Visueel wordt Hooifabriek gepresenteerd als een combinatie van fotografie, cartografie en gedroogde grasmonsters.

  1. Installatie: De installatie bestaat uit een ‘weiland’ van grasmonsters, gepresenteerd in een bijna wetenschappelijke opstelling, waardoor het landschap wordt gereduceerd tot zijn meest basale, economische component: gras als grondstof. Door de grasmonsters geregimenteerd te tonen benadruk ik de rationalisering en het economische belang van het landschap.
  2. Fotografie: De foto’s tonen de ontwikkeling van de grasmonsters en de geheel eigen schoonheid van halmen en aren. Ook maakte ik detailfoto’s van de wereld van wortels, normaal gesproken onzichtbaar maar eindeloos fascinerend.
  3. Symboliek van de Fabriek: De term “fabriek” in Hooifabriek verwijst naar de manier waarop het landschap functioneert als een productie-eenheid. Net zoals in een fabriek alles is georganiseerd om maximale efficiëntie te bereiken, is ook het Eemlandse landschap ingericht op productiviteit en controle. Deze visuele metafoor wordt ondersteund door de precisie van de installatie en de strakke lijnen in de fotografie.

In zijn geheel presenteert Hooifabriek een kritische reflectie op de manier waarop het Nederlandse landschap volledig wordt gecontroleerd en ingezet voor economische doeleinden. De combinatie van grasmonsters, historische context, en fotografie zorgt voor een gelaagde presentatie die de spanning tussen natuur en cultuur in de maakbare ruimte benadrukt.